-
1 regret
n. spijt--------v. spijten; betreurenregret1[ rigret]1 spijt ⇒ leed(wezen), berouw♦voorbeelden:1 feel regret at/for • spijt hebben van/overgreatly/much to my regret • tot mijn grote spijthear with regret • met spijt/tot zijn spijt (moeten) vernemenII 〈 meervoud〉♦voorbeelden:have no regrets • geen spijt/berouw hebbensend one's regrets • zich laten verontschuldigen————————regret2〈werkwoord; regretted〉1 betreuren ⇒ spijt hebben van, berouw/verdriet hebben over♦voorbeelden:we regret to inform you • tot onze spijt moeten wij u meedelen
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский